Zwarte gaten zijn voor natuurkundigen enorm interessante objecten. Een van de belangrijkste resultaten uit de relativiteitstheorie van Albert Einstein is het feit dat er in het heelal een maximumsnelheid is: niets kan sneller bewegen dan de snelheid van het licht, zo’n 300.000 km/s. Een zwart gat is een plek in het heelal waar de zwaartekracht zó sterk is dat zelfs iets dat met de lichtsnelheid beweegt, niet aan die plek kan ontsnappen. Dat geldt dus ook voor het licht zelf – vandaar de naam “zwart gat”. Een zwart gat kan bijvoorbeeld ontstaan als een uitgebrande zware ster onder zijn eigen zwaartekracht ineenstort, en zo een heel zwaar, compact object vormt.